Jaja, het is zover: op de website van de Toekomst van Brabant prijkt een blogpost van mijn hand. De vorige versie van “Waar ik vandaan kom”, die jullie misschien al gelezen hebben, heb ik nog een klein beetje bijgeschaafd. Het uiteindelijke resultaat staat nu op de website (vergezeld van een prachtige foto van mij, ahem) maar ook gewoon hieronder.
Waar ik vandaan kom
Lang geleden – in de jaren ’90 – was Brabant voor mij wat een vissenkom moet zijn voor een vis. Ik woonde in Brabant, mijn familie komt uit Brabant, maar de Brabantse identiteit zei me niet zoveel. Ik dacht dat “Brabant” de plek was waar ik opgroeide. Een plek waar ik mij eigenlijk nooit thuis gevoeld heb.
Begrijp mij niet verkeerd: ik koester warme herinneringen aan “ons thuis”. Het was de omgeving die slecht bij mij paste. En andersom wist die omgeving zich waarschijnlijk ook geen raad met mij. Dat grenzeloos nieuwsgierige meisje dat én slechthorend, én heel slim was. (Ik hoor het ze bijna denken: “Kan zij niet gewoon normaal zijn?” Of beter gezegd: “Mot da nou?“)
In mijn puberteit heb ik nog een poging gewaagd om wat beter te integreren in mijn dorpje, door lid te worden van de plaatselijke KPJ. Maar toen was het kwaad al geschied. Van dat grenzeloos nieuwsgierige meisje was niet veel meer over. Dat wil zeggen: om de pesterijen op school te kunnen overleven, had ik mezelf aangeleerd zo onzichtbaar mogelijk te zijn. Een strategie die enigszins hielp, maar het was absoluut geen succesformule… En hoewel ik bij de KPJ voor het eerst iets van trots voelde bij mijn Brabantse roots – een warm gevoel, vermengd met de geur van verschaald bier onder een zonovergoten tentzeil – toch kon ik niet wachten om daar weg te gaan.
Dus toen ik een leuke studie vond in Amsterdam, aarzelde ik geen moment! Ik verruilde mijn geboortegrond voor de Randstad zonder ook maar een kik te geven. Eindelijk weg uit dat kleine dorpje, waar nooit iets gebeurde en de mensen toch voor van alles en nog wat bang leken te zijn… “Geef mij maar Amsterdam”, dacht ik.
Dacht ik. Ik herinner mij nog steeds de allereerste keer dat ik van mijn studentenkamer naar het station liep, en ik de mensen die ik tegenkwam vriendelijk begroette, zoals ik gewend was. Ze keken mij aan alsof ik dringend psychische hulp nodig had… Niet veel later genoot ik van dat totale gebrek aan sociale controle, van de reuring, en van al die verschillende mensen. Maar ik voelde me soms ook verschrikkelijk eenzaam en onbegrepen. Langzaam maar zeker bleek dat de kloof tussen mijn vertrouwde cultuur en die van Amsterdam te groot was voor mij… En dat ik inderdaad psychische hulp nodig had. (Ik kon bijvoorbeeld maar niet begrijpen dat alle studiegenootjes oprecht aardig waren tegen mij…)
In die periode ben ik Brabant én mijzelf meer gaan waarderen. Het heeft lang geduurd en ging zeker niet zonder slag of stoot. Maar uiteindelijk – na zeven jaar studeren en tien maanden vrijwilligerswerk in Polen – kwam ik terecht in Breda, waar ik nu nog steeds woon. En ja, voor het allereerst in mijn leven voel ik mij ergens volkomen thuis.
Had ik dan niet eerder naar Breda kunnen verhuizen? …Dat had gekund, maar dan zag mijn leven er nu waarschijnlijk totaal anders uit, en niet per se beter. Die tijd in Amsterdam had ik nodig om letterlijk en figuurlijk los te komen van het verleden, en gaf mij onder andere de moed om voor langere tijd naar het buitenland te gaan. Pas daarna, dankzij die positieve ervaringen – en geen moment eerder – durfde ik het aan om te solliciteren bij ‘De Toekomst van Brabant’. Met als resultaat dat ik mij de afgelopen twee jaar met veel plezier heb ingezet voor en laten verwonderen door een provincie die mij vijftien jaar geleden gestolen kon worden… Had ik diezelfde, gigantische dosis (zelf)kennis opgedaan als ik in Brabant gebleven was? Nee, waarschijnlijk niet. Het klopt wat ze zeggen: de weg erheen is écht belangrijker dan de bestemming.
Dat wil trouwens niet zeggen dat ik mijn eindbestemming nu bereikt heb. Daar ben ik nog veel te jong voor. (Al voelt dat niet altijd zo, kuch kuch.) En ook al ben ik hier thuis, er zullen nog heel wat omwegen, afslagen en haarspeldbochten volgen voordat ik dáár ben. Maar het zou mij oprecht verbazen als mijn toekomst niet in Brabant ligt. Want waar ik vandaan kom… Dat hoort bij mij.
Ik wens alle trainees van de huidige én volgende lichting een mooie weg toe.