Een tijdje geleden stuurde één van de trainees een NRC-opiniestuk rond, over kwetsbaarheid.
Volgens de schrijvers moeten we vaker kwetsbaarheid tonen op de werkvloer, want dat is het perfecte tegengif tegen de prestatiemaatschappij.
Maar terwijl ik de tekst las, dacht ik: “Oké, wie wil er dan een beetje van mijn tegengif overnemen?”
Ik had er immers méér dan genoeg van.
Terwijl anderen (“wij” – volgens de schrijvers) blijkbaar verlangen naar de kwetsbare kant van het leven, zat ik regelmatig te huilen onder werktijd, al dan niet stiekem.
En daardoor voelde ik me niet bepaald “vrij en een prettiger mens en collega”.
Ik voelde me kut.
Hoe vaak collega’s ook zeiden dat ze mij dapper vonden en dat het oké was, hoe goed en belangrijk en onvermijdelijk dit ook mag zijn en hoeveel kansen het ook biedt, hoe dan ook – ik vond mijzelf totaal niet dapper, goed of kansrijk.
Laat stáán dat ik het idee had dat mijn voorbeeld navolging verdiende!
Allesbehalve dat.
En er was niemand die vroeg: “Mag ik een beetje van jouw spul hebben?”
Volgens mij lijkt kwetsbaarheid in dat opzicht op leedvermaak. Het kan heel erg prettig zijn, maar doorgaans niet voor degene die lijdt.
Gelukkig kan ik op een flinke dosis hulp rekenen – vanuit vrienden en familie, de zorg en mijn werk – en met die hulp kom ik er wel weer bovenop.
De situatie voelt (gelukkig) ook niet uitzichtloos. Eerder als een strijd die ik jarenlang uit de weg ben gegaan en die niet langer meer op zich laat wachten. Ik moet nu kiezen tussen beter worden, of bitter. Buigen of barsten.
En dus heb ik eigenlijk geen keus.
Maar dat maakt het nog steeds niet makkelijk, plezierig, of iets waar ik ook maar een klein beetje naar verlang.
Het liefst zou ik gewoon rechtsomkeert maken, namelijk, en deze hele uitdaging niet aangaan. Ik ben zo al kwetsbaar genoeg. Moet ik dan nóg meer over mezelf praten, therapie volgen, alles terug oprakelen, …?
HOEPEL EEN EIND OP met dat tegengif!
Tja, zoals het een goed redmiddel betaamt, gaat dat dus niet. Zaten die schrijvers er toch niet helemaal naast.
Door kwetsbaarheid af te schilderen als de ideale remedie voor onze prestatiemaatschappij, maakten ze het alleen wel een stuk mooier en luchtiger dan het is.
En kleiner.
Het kan ons namelijk niet alleen redden van de prestatiemaatschappij… maar ook van onszelf.
Foto: “Loneliness“ door Nishanth Jois, licentie CC BY 2.0
Pingback: Vijf lessen uit 'The Subtle Art of Not Giving a F*ck' | Wendy Weet Waarom
Pingback: Toffe Dingetjes 3 | Wendy Weet Waarom
Lieve Wendy,
Wat moet jij je soms niet fijn voelen. Zoals wij je zien herkennen we dat niet zo goed. Geef je het wel aan als wij iets voor je kunnen betekenen ?!!
Alle goeds, Kees en Jeanine