Nog maar anderhalve week tot het einde van mijn huidige baan en het begin van mijn vakantie / funemployment (een samentrekking van “fun” – plezier – en “unemployment” – werkeloosheid).
Heb ik er zin in? Ja, verschrikkelijk! 😀
Vind ik het eng? Ja, verschrikkelijk….
Met dat laatste doel ik niet zozeer op de reis, want die wordt vast onwijs gaaf. Nee, waar ik tegenop zie is die volstrekt onduidelijke periode daarna… Omdat ik werkelijk geen idee heb hoe die tijd eruit gaat zien, en hoe lang unemployment funemployment kan blijven.
Die stress leidt tot bijzondere, ehm, uitwassen. Zo kan ik ineens geen “normale” prioriteiten meer stellen. Echt waar. Zaken die in feite volstrekt onbelangrijk zijn, krijgen nu om de haverklap voorrang. Een blogpost schrijven over de kleren die meegaan in mijn koffer? Doe ik! Het slaapgedeelte van mijn zolder voorzien van een geverfde lambrisering? Check! Alle reisinformatie op een rijtje zetten? Me verdiepen in de plaatsen waar ik heenga? De tickets uitprinten? Moet nog gebeuren. En een keer goed poetsen? Al weken niet gedaan… (In plaats daarvan ben ik mijn kasten aan het uitruimen. Wat ook weleens mag gebeuren, maar om nou te zeggen dat het nodig is… Nee.)
Ondertussen probeer ik driftig te achterhalen – bij mezelf en anderen – wat ik moet doen als ik straks terugkom. Welke functie past bij mij? Wat voor werkomgeving? Waar ben ik eigenlijk naar op zoek? Kortom: hoe zorg ik ervoor dat die funemployment leuk blijft zolang het duurt – en dat de fun daarna behouden blijft (maar de unemployment niet)?
Het Antwoord
Gelukkig ken ik mensen die wijzer zijn dan ik. Zij beantwoorden die stortvloed aan vragen met zoiets als: “Wendy, maak je toch niet zo druk. Focus eerst maar eens op het hier en nu, op de vakantie, en op die therapie van je, en dan komt de rest vanzelf wel.” … O ja, da’s waar ook.
Dus af en toe gaat die wanhoop héél eventjes de kast in, maar een dag of twee later draaien mijn hersenen weer constant hetzelfde liedje.
Maar – heujjj, nieuw inzicht – wat nou als er gewoon nog geen antwoord is? Althans, geen ultiem antwoord? Wat als ik hooguit een paar aanwijzingen bij elkaar kan verzamelen, en af kan gaan op mijn gevoel, maar meer niet? Wat als al die vraagtekens er gewoon zijn?
Hoe eng is dat dan? Natuurlijk, onduidelijkheid is eng, en vaag, en moeilijk uit te leggen, en confronterend, enzovoorts, en een beetje de richting voor ogen hebben is wel zo fijn… Maar onduidelijkheid biedt ook mogelijkheden. Onduidelijkheid betekent dat er speelruimte is – ruimte om naar eigen inzicht in te vullen, iets te leren of nieuwe dingen uit te proberen. En dat klinkt helemaal niet eng. Sterker nog: speelruimte klinkt als fun!
Dus misschien moet ik helemaal niet proberen om voorafgaand aan of tijdens mijn funemployment die ultieme baan te vinden. Misschien kom ik een stuk verder – en met meer plezier – als ik accepteer dat er op dit moment nog veel onduidelijk is, en dat die vragen zich niet laten oplossen door er eindeloos over na te denken, maar alleen door er iets mee te doen. Gissen en missen, en dan nog een keer gissen, en iets minder hard missen, en nog een keer, en nog een keer… Dat idee.
Mijn koffer en kamer zijn er nog lang niet klaar voor, maar ik wel!
Foto: “Question Mark Block” door Jared Cherup, licentie CC BY-NC-ND 2.0